Vrije Academie (1989-2015)
In 1989 verhuisde de academie onder de directeur Bob Bonies naar de Paviljoensgracht 20. Onder begeleiders, directie en bestuur ging steeds meer de vraag spelen of de Vrije Academie een breed, laagdrempelig instituut moest blijven of eerder een kwalitatief hoogstaand en veel kleiner instituut moest worden. Voor dat laatste werd gekozen. Amateurs bleven welkom, mits zij een professionele intentie hadden. Kwaliteitsnormen en een ballotagecommissie werden ingevoerd.
Einde ondersteuning
Medio 2001 trad de kunstenares en volkenrechtjuriste Ingrid Rollema aan als directeur. Zij bevorderde de ideeënuitwisseling tussen westerse en niet-westerse kunstenaars. Onder de paraplu van Gemak organiseerde ze tentoonstellingen en debatten. Rollema stopte vrij abrupt met haar directeurschap in 2009, waarna ze werd opgevolgd door kunstenares en curator Marie Jeanne de Rooij.
Het beleid lag goed op koers, maar onverwacht kwam er een kink in de kabel. In 2012 subsidieerde de Gemeente Den Haag in één klap de werkplaatsen en de onderwijsfunctie niet meer; alleen nog het onderdeel Gemak kreeg ondersteuning. Op 4 december 2015 opende De Rooij de laatste, eendaagse tentoonstelling, getiteld All art is political. De gemeente had toen, ook nogal onverwacht, ook de subsidie voor Gemak in zijn geheel ingetrokken.
Vrije Academie: een uniek onderwijssysteem, idealistisch maar met resultaat
Tussen 1947 en 2015 leverde de Vrije Academie een groot aantal gerespecteerde professionele kunstenaars af, zoals Jan Cremer, Marinus Boezem, Max Velthuijs, Lotti van de Gaag, Gerard Fieret, Jan Snoeck, Paula van der Oest. De Vrije Academie had tussen 1947 en 1989 laten zien dat met een vrij en experimenteel onderwijssysteem zonder toetsing goede resultaten bereikt waren. De academie bood dus in die tijd een goed onderwijssysteem, maar dan veel toegankelijker dan de reguliere academies. Zo konden duizenden mensen, die anders niet tot kunstonderwijs zouden zijn toegelaten, via de Vrije Academie toch hun verbeeldingskracht ontwikkelen en de Vrije Academie-idealen toepassen in onderwijs, opvoeding, in tal van andere functies en als kunstenaars.